1934-1971 – GVAV
1971-2005 – FC Groningen
1951-1959 – Oosterparkers

In 1933 opent de gemeente Groningen het Oostersportpark met als centraal punt een voetbalveld. Door het ontbreken van voorzieningen hebben Velocitas en GVAV aanvankelijk geen trek om er te gaan spelen en wordt BRC de vaste bespeler. Zodra een eerste tribune met 500 plaatsen is gerealiseerd is GVAV bereid om over te komen vanuit het Stadspark. Het Oosterparkstadion is als een soort bouwpakket in de loop der jaren steeds stukje bij beetje uitgebreid en vernieuwd. Als BRC met twee andere clubs fuseert tot Oosterparkers spelen er vanaf 1951 twee eersteklassers en later ook twee profclubs in het Oosterpark. Beide clubs hebben hun eigen voorzieningen aan één kant van de hoofdtribune.

Oosterparkers houdt het niet lang vol in het profvoetbal en vanaf dat moment is GVAV en later FC Groningen de enige hoofdbespeler van het stadion. Hoewel er – mede door ervaren overlast van omwonenden – sprake is van een verhuizing naar een nieuw stadion in het Stadspark blijft FC Groningen tot begin 21e eeuw in het Oosterpark, dat in de jaren tachtig opnieuw flink wordt verbouwd. Het sfeervolle stadion moet in de jaren negentig gedwongen door de regelgeving de staanplaatsen ombouwen tot zitplaatsen, waardoor de maximale capaciteit daalt van 21.000 tot 12.500. Die zitten er tot het einde van het stadion in 2005 vrijwel iedere thuiswedstrijd.

CC-BY Kadaster 2016